
Acer palmatum ‘Sangokaku’
Acer palmatum ‘Sangokaku’ is een kleine boom die uiteindelijk circa 10 m hoog kan worden. Meest in het oog springende kenmerk van ‘Sangokaku’ zijn de schitterend intens koraalrode wintertwijgen. In de herfst kleuren de bladeren diep goudgeel voordat ze afvallen en de kleurige wintertwijgen in volle glorie zichtbaar worden.

Celtis australis
Volwassen exemplaren kunnen hoger dan 20 m worden, de boom groeit met sierlijk overhangende takken. Een sierlijke boom die weinig gevoelig is voor luchtverontreiniging. Jonge twijgen kunnen vorstschade oplopen. De boom bevat bijna geen ziektes.

Cercis canadensis ‘Merlot’
Deze Cercis vormt een grote struik tot kleine boom. Merlot’ kan een hoogte bereiken van 6-10 m en minstens zo breed worden. Kan het best worden geplant op voedzame, bij voorkeur leemrijke of kalkhoudende grond die voldoende vochtig is maar wel doorlatend. De boom is gevoelig voor stilstaand water rond de wortels.

Cornus mas boom
Cornus mas of de gele kornoelje is een kleine tot middelgrote boom of struik. Hij bloeit vroeg in de lente met een zee van gele bloempjes op het naakte hout, na de bloei ontwikkelen zich kleine kersachtige vruchten. Cornus mas zich ook goed in kalkhoudende grond, zelfs in natte klei. In de herst volgt ook nog een mooi bladverkleuring naar oranjerood tot roodpaars.

Decaisnea fargesii
Decaisnea fargesii, ook wel augurkenstruik genoemd, is een middelgrote bladverliezende heester. Decaisnea is een mooie architecturale plant die het goed doet op ieder grondsoort die vochtig en goed doorlaatbaar is. De plant is goed winterhard en behoeft weinig snoei. Lokt bijen en insecten aan. In de maanden april en mei bloeit decaisnea met matgele, klokvormige bloempluimen. Is ook een eetbare vrucht.

Ostrya carpinifolia hoogstam
Ostrya wordt ook wel de toekomst boom genoemd! Beter bekend als de Europese hopbeuk Deze magnifieke boom past zich moeiteloos aan aan de meeste bodemtypes en voelt zich net zo thuis in de schaduw als in de volle zon. De hopbeuk is bestand tegen droogte en luchtvervuiling, en is daarmee een uitstekende keuze.

Ostrya carpinifolia meerstemmig
Ostrya wordt ook wel de toekomst boom genoemd! Beter bekend als de Europese hopbeuk Deze magnifieke boom past zich moeiteloos aan aan de meeste bodemtypes en voelt zich net zo thuis in de schaduw als in de volle zon. De hopbeuk is bestand tegen droogte en luchtvervuiling, en is daarmee een uitstekende keuze.

Pyrus pyrifolia. (nashipeer)
De nashipeer. wordt gekweekt voor zijn eetbare vruchten. De sappige vruchten hebben de vorm van appels. De plant bloeit omstreeks april. De vruchten worden in de lente geplukt. De boom wordt ongeveer 8 á 10 meter hoog. De eerste twee groeiseizoenen heeft de boom genoeg water nodig. De boom staat het liefste op een zonnige tot halfschaduw plek. Hij is goed winterhard en is te planten in vrijwel elke grondsoort, dus zand- leem- en kleigrond. Deze soort kan goed tegen een plekje in de wind.

Sorbus ‘Dodong’
Sorbus ‘Dodong’ wordt in het nederlands lijsterbes genoemd. Het is een middelgrote, bladverliezende boom. bloeit in mei en juni met roomwitte bloemtrossen. De lijsterbes houdt van een standplaats in volle zon of halfschaduw en doet het goed in iedere goed doorlaatbare, gemiddeld vruchtbare, humusrijke grond. De boom is goed winterhard en droogtetolerant. Mooie herfstverkleuring.

Stewartia pseudocamellia
Deze boom houdt van een standplaats in de halfschaduw en staat liever niet in de namiddagzon. Hij prefereert een zure bodem en vraagt weinig snoei en onderhoud. Stewartia pseudocamellia is goed winterhard, zeewind tolerant en ziekte en ongedierte vrij .

Magnolia stellata
Hij bloeit in de maanden maart en april met geurende witte stervormige bloemen die wel tot 18 witte lintvormige bloemblaadjes kunnen bevatten. Magnolia stellata houdt van een standplaats in volle zon of lichte schaduw, enigszins beschut tegen hevige wind en prefereert een niet te zware, zure tot neutrale vochthoudende grond.

Parrotia persica ‘bella’
Bella’ is een goed groeiende, kleine tot middelgrote boom die 8-10 m hoog wordt. Waar de soort P. persica nogal eens een onregelmatig gevormde kroon heeft, is dit bij ‘Bella’ veel minder het geval. Dat wordt veroorzaakt door de goed doorgaande harttak. De twijgen en oudere bast hebben dezelfde fraaie kleuren als P. persica. Het loof loopt in het voorjaar dieprood uit. ’s Zomers is het glanzend donkergroen en al tegen het einde van de zomer begint het wederom rood te kleuren om vervolgens in de herfst diep purperrood tot purper te kleuren.
